© Foto gemaakt door Joachim de Ruijter.
Op maandag 15 augustus zijn de heer Jelte van Langen en mevrouw Matty Wierda 65 jaar getrouwd. Wethouder Marja van der Meer ging ’s morgens op bezoek bij het briljanten echtpaar. Zij ontvingen een mooie bos bloemen om hun huwelijksjubileum te vieren.
Jelte is geboren op 13 oktober 1930 in Franeker in het transporteursgezin Van Langen. Hij was het derde kind en na hem zouden er nog drie volgen. Matty kwam op 29 december 1934 ter wereld in Oudwoude. Zij was enig kind in het kruideniersgezin Wierda. Jelte en Matty gaven elkaar het ja-woord op 15 augustus 1957 in het stadhuis van Franeker. Drie jaar eerder was er in de stad een feest ter gelegenheid van het 100-jarig jubileum van Stedelijk Muziekcorps Harmonie. Hier leerden zij elkaar kennen.
Matty kwam op haar zeventiende naar Franeker, waar zij werd opgeleid tot verpleegster in de toenmalige Psychiatrische Inrichting. Daar werkte zij, met een aantal onderbrekingen, van 1952 tot 1985 op verschillende afdelingen in de binnenstad. Jelte ging werken in het bedrijf van zijn vader, Jouke van Langen. Het was een expeditiebedrijf dat bekend werd onder de naam Combinatie Franeker. Dit bedrijf werd later gerund door Jelte, zijn broer Minne en hun compagnon Klaas Heslinga. De ‘Combinatie’ werd in de jaren tachtig verkocht aan De Vlas Transport in Harlingen.
Het gezin Van Langen – Wierda kreeg drie kinderen: Wiep, Jouke en Reni. Tot aller verdriet is hun dochter Wiep begin 2018 op 59-jarige leeftijd overleden. Jouke woont in Franeker en Reni in Noordwijk. Het gezin Van Langen – Wierda is in de loop der jaren flink gegroeid; er zijn negen kleinkinderen én negen achterkleinkinderen.
Jelte en Matty wonen al lange tijd naar alle tevredenheid in Roordastate. Vervelen doen ze zich niet en dat hebben ze nooit gedaan. Zo was Matty jarenlang actief bij de plaatselijk afdeling van De Zonnebloem en Jelte was decennia lang een vertrouwd gezicht bij de voetbalclub Freno/Franeker. Omdat de jaren beginnen te tellen, doen ze het momenteel wat rustiger aan. Ze genieten vooral van de contacten met de familie en de medebewoners van Roordastate. Bovenal genieten ze nog steeds van elkaar, onder het motto: ‘Fijn dat we elkaar nog hebben.’
