Zoeken naar plaggenwand bij Firdgum

Firdgum – (Friesch Dagblad) Kaal en nat. Zo moet het in de zevende en achtste eeuw zijn geweest in het noordwesten van Fryslân. ,,Denk de bomen eens weg. En de waddendijk. En die kerktoren. Dan krijg je een idee hoe het hier toen was”, zegt Johan Nicolay.  Nicolay staat op de weg in Firdgum en wijst naar het omringende land en de eenzame kerktoren.
Het ontbreken van een goede waterkering had in de vroege middeleeuwen tot gevolg dat het land voortdurend blank stond. ,,Dit was een kweldergebied. Hier viel alleen te wonen op een kunstmatig opgeworpen heuvel, een terp.”
Van die terp resteert in Firdgum nog ongeveer de helft. De andere helft is omstreeks 1920 afgegraven. De vruchtbare terpaarde werd naar de arme veen- en zandgebieden vervoerd.
Nicolay is projectleider van de archeologische opgraving die momenteel bij Firdgum plaatsvindt. Het onderzoek wordt uitgevoerd door de Rijksuniversiteit Groningen, in samenwerking met diverse instanties en musea. De archeologen hebben een ongeveer 160 meter lange geul gegraven. De geul heeft een deel van het terplichaam blootgelegd. De opgraving begon twee weken geleden en duurt nog zeker een week. Zaterdag is er een open dag op het opgravingsterrein.
De opgraving bij Firdgum maakt deel uit van een langdurig onderzoek naar de vroegste bewoningsgeschiedenis van Fryslân. In het kader van dat onderzoek vonden eerder opgravingen plaats bij onder meer Wijnaldum, Anjum, Hallum en Jelsum.
De opgraving bij Firdgum is om verschillende redenen interessant, legt Nicolay uit. ,,Firdgum is het jongste terpdorp in het toenmalige Westergo. Deze terp is opgeworpen kort voordat de eerste dijken zijn aangelegd. De terp van bijvoorbeeld Wijnaldum is ouder. Door zowel op oude als jonge terpen onderzoek te doen, krijgen we een goed beeld van de ontwikkeling van de bewoningsgeschiedenis in dit gebied. Daarnaast zoeken we op de terp bij Firdgum naar restanten of sporen van plaggenwanden. Inmiddels hebben we die ook aangetroffen.”
Het zoeken naar de plaggenwanden heeft een reden. De Rijksuniversiteit Groningen, de Groninger archeoloog Daniël Postma en het museum Yeb Hettingaskoalle in Firdgum willen volgend jaar een gebouw uit ongeveer 700 na Christus reconstrueren. Het gebouw krijgt dikke muren van op elkaar gestapelde graszoden. Nicolay: ,,We weten dat de huizen en stallen van de vroege Friezen van zoden waren opgebouwd. Dat moet dus ook gelden voor de huizen op de terpen bij Firdgum. Dankzij deze opgraving hebben we daar nu ook de zichtbare bewijzen van.”
Het is niet zeker of de wanden waarvan sporen zijn gevonden, bij een huis hebben gehoord of dienden ter versteviging van de terp. ,,Dat laatste kan ook best het geval zijn. Om de terpen te verstevigen werden aan de randen plaggen opgestapeld. Die zoden stak men gewoon uit de kwelder. Ze hadden een sterke samenstelling en waren dus heel geschikt voor het verstevigen van de woonheuvels.”
Hoe dat stapelen van plaggen in zijn werk is gegaan, is te zien naast de Yeb Hettingaskoalle aan de overkant van de weg. Naast het gebouw is ruim anderhalf jaar geleden al een proefmuurtje opgebouwd. Het muurtje verkeert in uitstekende staat. ,,Dat is heel mooi voor de mensen die naar de open dag komen”, zegt Nicolay. ,,In het terplichaam dat we hebben blootgelegd kunnen zij de sporen van de oude plaggenwanden zien. Het proefmuurtje laat zien hoe die wanden er ongeveer uit hebben gezien.”
* Open dag: zaterdag 2 juli, van negen tot drie uur
error: Bericht Beveiligd!